Landelijke regie schiet tekort: afbouw JeugdzorgPlus stagneert

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft zorgen over de af- en ombouw van de gesloten jeugdzorg (JeugdzorgPlus) en constateert dat in de JeugdzorgPlus nog onvoldoende passende hulp wordt geboden. Die conclusie is pijnlijk, maar niet onverwacht, aldus Jeugdzorg Nederland. Bestuurslid Mirjam van den Nieuwenhuijzen: ‘Er is de afgelopen jaren hard gewerkt aan het bieden van passende hulp, het terugdringen van de instroom en het veel minder toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen. En met succes, maar we zijn er nog niet. De JeugdzorgPlus-aanbieders gaan aan de slag met het indringende signaal dat de inspectie afgeeft, maar het is cruciaal dat rijk en gemeenten ook hun bijdrage leveren aan passende zorg voor de meest kwetsbare jongeren. Zij bepalen tenslotte de spelregels en gaan over het geld.’

De JeugdzorgPlus-aanbieders zijn al geruime tijd bezig met het afbouwen en ombouwen van de gesloten jeugdhulp. De opbouw van passende of kleinschalige alternatieven blijft achter bij de afbouw, mede door achterblijvende financiering. Jeugdzorg Nederland pleit al geruime tijd voor meer landelijke sturing op deze ontwikkelingen in de JeugdzorgPlus. Van den Nieuwenhuijzen: ‘We staan daarin niet alleen. De Jeugdautoriteit pleit sinds 2021 voor meer landelijke regie op de af- en ombouw van de gesloten jeugdzorg. De inspectie riep vorig jaar ook al op tot stevige regie. Maar die regie komt nog onvoldoende van de grond, waardoor we inmiddels van de regen in de drup zijn beland. De ambities voor de gesloten jeugdzorg zijn groot, maar de randvoorwaarden zijn nog altijd onvoldoende op orde om alle gewenste stappen te kunnen zetten. Incidentele middelen om kleinschaligere locaties te creëren, hebben alleen zin als de structurele financiering ook geregeld is.’ In de meest recente Monitor JeugdzorgPlus schrijft de Jeugdautoriteit ‘dat de snelle afbouw er mede toe heeft geleid dat alle aanbieders van JeugdzorgPlus bij de Jeugdautoriteit in casuïstiek zitten’ vanwege de financiële omstandigheden.

Toezicht ‘Ombouw JeugdzorgPlus’

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) bezocht alle 15 locaties voor gesloten jeugdzorg vanuit haar toezicht ‘Ombouw JeugdzorgPlus’. De eerste zeven rapporten werden op 17 januari 2024 gepubliceerd en op 29 februari 2024 volgden de overige acht rapporten en een overkoepelende factsheet met de belangrijkste bevinden van de inspectie. De JeugdzorgPlus-aanbieders gaan met hun regiogemeenten in gesprek over de afzonderlijke inspectierapporten en bespreken met elkaar welke lessen er collectief te trekken zijn. De overkoepelende bevindingen van de inspectie vragen nadrukkelijk ook om actie op landelijke niveau. Van den Nieuwenhuijzen: ‘De aanstelling van oud-wethouder Leon Meijer als bestuurlijk aanjager voor de transformatie van de JeugdzorgPlus leidt hopelijk tot een doorbraak, want de nood is hoog. Met eenmalige geldpotjes waar alle regio’s weer zelf een eigen draai aan geven, komen we er niet. Structureel nieuw aanbod en duurzame verbeteringen vragen ook om duurzame kostendekkende financiering en structurele keuzes. Het jeugdzorgstelsel schiet uitgerekend voor de meest kwetsbare jongeren het meest tekort. We moeten deze negatieve spiraal samen doorbreken.’

Uitblijven van keuzes

De inspectie beschrijft hoe de mogelijkheid om passende hulp aan jongeren te kunnen bieden in de JeugdzorgPlus per instelling verschilt, door (het uitblijven van) keuzes van de gemeenten in de JeugdzorgPlus-regio’s: ‘Niet overal hebben gemeenten een keuze gemaakt welke JeugdzorgPlus-locaties blijven bestaan. Hierdoor zijn er geen nieuwe investeringen, geen innovaties en is er geen mogelijkheid voor de ombouw naar kleinschalige locaties.’ Ook constateert de inspectie dat álle JeugdzorgPlus-aanbieders inmiddels in financieel zwaar weer zitten. Van den Nieuwenhuijzen: ‘In de Hervormingsagenda Jeugd wordt toegewerkt naar landelijke tarieven voor specialistische jeugdzorgvormen, maar dat kost tijd. Ik pleit er voor om voor de JeugdzorgPlus versneld tot een landelijk tarief te komen, zoals dat ook voor de jeugdbescherming is gedaan. Dat zou financiële rust brengen, waardoor alle tijd en aandacht naar de inhoudelijke verbetering uit kan gaan.’

Passende hulp buiten de JeugdzorgPlus

De inspectie constateert dat er veel jongeren met verslavingsproblematiek in de JeugdzorgPlus verblijven: ‘Voor hen ontbreekt passend behandelaanbod. Hetzelfde geldt voor jongeren waar jeugd-GGZ voor nodig is. Ook deze hulp is onvoldoende beschikbaar,’ aldus de inspectie. Van den Nieuwenhuijzen: ‘Deze jongeren komen in de JeugdzorgPlus terecht omdat elders geen passende hulp gevonden kan worden. De rechter geeft vervolgens een machtiging gesloten jeugdhulp af, bij gebrek aan andere opties en omdat de JeugdzorgPlus een opnameplicht kent. Jeugdzorgprofessionals werken dag en nacht hard aan de best mogelijke zorg voor deze jongeren en doen wat ze kunnen, maar het probleem is natuurlijk dat die jongeren hier überhaupt  terechtkomen. Dit probleem kan niet eenzijdig op de JeugdzorgPlus-organisaties afgewenteld worden, maar is de schrijnende uitkomst van een falend stelsel.’ Ook het ontbreken van een verklarende analyse bij opname in een crisissituatie is een feit waarmee de JeugdzorgPlus-organisatie geconfronteerd wordt. Van den Nieuwenhuijzen: ‘We werken binnen Jeugdzorg Nederland hard aan betere aansluiting en een soepelere overgang tussen de verschillende zorgvormen, maar de wijze van zorgfinanciering door gemeenten maakt dit onnodig ingewikkeld.’ Zo signaleert ook de inspectie: ‘Sommige gemeenten geven geen dubbele indicaties af, waardoor hulp in de thuissituatie niet gelijktijdig kan starten.’

Opbouw van alternatieven blijft achter

Het streven naar minder gesloten plaatsingen heeft de afgelopen jaren geleid tot een forse afname van het aantal jongeren dat in de gesloten jeugdhulp terecht komt. Ook werd de capaciteit afgebouwd. Sinds 2020 daalt het aantal plaatsingen met 14 tot 18 % per jaar: in 2019 vonden er 1.707 plaatsingen plaats, in 2022 waren dat er 983. ‘De voorlopige cijfers over 2023 lijken er op te wijzen dat de daling afvlakt. Dat zou heel jammer, maar niet helemaal onverwacht zijn. Er wordt nog onvoldoende geïnvesteerd in het opbouwen van (ambulante en residentiële) alternatieven voor gesloten jeugdhulp en de druk op de justitiële jeugdinrichtingen heeft ook gevolgen voor de instroom,’ zo schreven de JeugdzorgPlus-aanbieders afgelopen december aan staatssecretaris Van Ooijen. Ook de inspectie ziet ‘regio’s waarin de JeugdzorgPlus versneld is afgebouwd, terwijl er geen of onvoldoende alternatieven zijn of waarbij de opbouw daarvan niet financieel gedekt is.’ De Jeugdautoriteit concludeerde recent wederom dat de gemiddelde bezetting van de JeugdzorgPlus fors lager ligt dan de 90 % waarop de financiering veelal is gebaseerd. Van den Nieuwenhuijzen: ‘De zorgen van de inspectie zijn niet nieuw en worden breed onderschreven. Nu is het tijd voor actie.’

 

Lees ook:

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, Zorgen over om- en afbouw JeugdzorgPlus (gesloten jeugdzorg)

Jeugdautoriteit, Lage bezettingsgraad in gesloten jeugdzorg brengt continuïteitsrisico’s met zich mee

NOS, Gesloten jeugdzorg neemt af, maar inspectie bezorgd over de manier waarop

Trouw, Bij de gesloten jeugdzorg in Castricum vinden ze dat weglopen erbij hoort

Trouw, Jeugdzorg is niet in staat om opsluiten kinderen te voorkomen

Binnenlands Bestuur, Gesloten jeugdzorg loopt meer financiële risico’s

Aanbieders gesloten jeugdhulp, Dilemma ‘wet versus veiligheid’

 

 


Deel deze pagina: