Jeugdwet aangenomen, nu de implementatie!

Het oude stelsel werkte niet. De specialismen jeugdzorg, geestelijke gezondheidszorg en zorg voor licht verstandelijk gehandicapten werkten langs elkaar heen. De afstemming met de maatschappelijke problematiek bleek veelal ingewikkeld. Het resultaat was dat zorg niet altijd de kinderen die het nodig hadden bereikte: te veel uithuisplaatsingen, te veel institutionele behandelingen en, ondanks de oplopende kosten, te weinig resultaat. En dat terwijl iedereen binnen zijn eigen specialisme het werk aantoonbaar steeds beter is gaan doen.

De Tweede Kamer signaleerde deze problemen ook en heeft daarop voorgesteld de regie en alle financiële prikkels integraal bij de gemeente te leggen. Dit heeft geresulteerd in de nieuwe Jeugdwet die vanaf 1 januari 2015 in werking treedt. De komst van deze nieuwe Jeugdwet is een goede zaak. Echter, één financiering lost niet automatisch alle problemen op. In deze blog licht ik toe dat de randvoorwaarden voor de transitie er zijn, maar dat er, om de jeugd in Nederland echt te helpen, nog een cruciaal en gezamenlijk initiatief noodzakelijk is: de Transformatie Katalysator.

In de Haagse werkelijkheid zijn, zoals gezegd, de randvoorwaarden voor de transitie geborgd. De nieuwe Jeugdwet is van alle kanten bekeken, aangepast waar nodig, en wordt door vriend en vijand als een werkbare basis gezien. Gemeenten zijn zich bewust van hun nieuwe taak en verantwoordelijkheid. Er komt steeds meer duidelijkheid over de budgetten en daarbij is er een Transitie Autoriteit die onbedoelde effecten op de beschikbaarheid van zorg en onnodige frictiekosten controleert en die waar nodig bijstuurt. Ik kan u vertellen, dat is ook wel nodig.

De nieuwe Jeugdwet biedt prachtige kansen: integratie die tot voor kort onmogelijk was wordt nu ineens mogelijk gemaakt. Onder de nieuwe Jeugdwet komen we tot een forse reductie van de behandelduur van de cliënt en van het verblijf in de instelling. Fors meer kinderen kunnen thuis of in een pleeggezin opgroeien. Prachtige kansen, maar de samenwerking tussen gemeenten en het voorliggend veld moet dan wel goed zijn. En dat is nu nog niet het geval. Om deze wet echt te laten slagen en het nieuwe stelsel tot een succes te maken zullen gemeenten, professionals, aanbieders en cliënten goed toegerust moeten worden om de verantwoordelijkheid waar ze voor staan te kunnen dragen en waar te maken. Die toerusting kan er alleen maar komen door samen te werken.

Ik pleit er daarom voor om een Transformatie Katalysator in te richten. Met deze Katalysator bundelen we onze krachten door als betrokkenen gezamenlijk vanuit een scherpe visie op het stelsel te werken aan het toerusten van gemeenten, professionals, aanbieders, verwijzers en cliënten. Dit doen we door samen de opgaaf te bepalen, door samen de kernthema’s te benoemen waarop betrokkenen toegerust moeten worden en door samen af te spreken dat we een beperkt aantal in- of externe deskundigen aan het werk zetten. Het Rijk zou die samenwerking kunnen stimuleren door de helft van de externe kosten op zich te nemen, in ruil voor transparantie en het beschikbaar stellen van alle resultaten voor heel Nederland.

Als we samen zo’n Katalysator starten kunnen we binnen een paar jaar een grote sprong voorwaarts maken. We kunnen gebruik maken van elkaars kennis en ervaring. We gaan van elkaar leren. Dure zorg slaat om naar een betaalbare samenleving. Een samenleving waarin de zorg bij de juiste mensen terecht komt. Maar, zoals gezegd, een gezamenlijke visie is hierbij van levensbelang. Het nieuwe stelsel moet niet het zoveelste nieuwe stelsel worden, maar óns nieuwe stelsel. Het moet een stelsel worden dat werkt. De Transformatie Katalysator zou een uitstekend middel zijn om de implementatie van de nieuwe Jeugdwet te faciliteren. 

Frank Candel,

bestuurslid Jeugdzorg Nederland, en
voorzitter Raad van Bestuur Intermetzo 

Deze column vindt u ook op de website van Binnenlands Bestuur 


Deel deze pagina: